‘Bijna’

Hadden we toch bijna een Brexit, pfftt. Of is het wow, daar kunnen we wat van leren?

Ikzelf heb nooit zo in een Brexit geloofd. Dat komt doordat de EU een systeem is. En een kenmerk van een systeem is dat het zichzelf in stand houdt. Zeker een traag systeem.

Haarscheuren genoeg, maar een fundamentele keuze als uitreden is echt iets anders. Pas als in een vereniging, coöperatie of bijvoorbeeld franchiseformule, de verhoudingen én de resultaten langere tijd erg slecht zijn, voegt een lid de daad van het dreigen bij het woord, en treedt uit.

We weten, geen enkele samenwerking is perfect. Paradoxaal genoeg maakt dat het met enige regelmaat afwegen “are-you-in-or-out” heel gezond. Ontevreden leden zetten een ver-een-i-ging op scherp. Zonder de grensgevallen is er geen kern, zonder spanning geen beweging. Uitstappen kun je maar één keer, maar de dreiging erop maakt alert op richting en tempo van het collectief.

Nu we vandaag horen dat de Brexit op de lange baan gaat -de enige way-out zonder al te groot, of te eenzijdig gezichtsverlies- is het tijd om vast te stellen wat we van deze “bijna-brexit” kunnen leren. Er zijn genoeg lessen, vooraleerst binnen de UK, over de relatie tussen democratie en populisme bijvoorbeeld. Ook kan de EU leren dat een economische leitmotiv te dun is voor duurzame vereniging. Allen wordt alleen één als ook waarden gemeen zijn. Ook leren we dat het moloch-EU aan modernisering toe is. Niets nieuws, maar wel urgenter dan ooit. Het nut van de bijna-brexit is dat de EU, en dus ook wij Nederland, worden gedwongen in actie te komen. Het moet eenvoudigweg beter!

Het idee van ‘bijna’ (-uitstappen) is, als je erover nadenkt, zo gek nog niet. Individuele grensgevallen dwingen het collectief tot vernieuwing. Interessant is vooral de afweging, tussen ‘remain’ en ‘leave’. Die afweging periodiek bewust maken, daar zit waarde in.

Het scherpt onszelf. En het voedt tegelijkertijd de andere leden, vermits we dat samen mét hen doen, open. Grote kans dat ook bij hen onvrede heerst. Dezelfde, maar wellicht ook issues die over jou gaan. Kortom, periodiek je eigen twijfel organiseren helpt ieders eigen mind op te maken.

Ik ben voorstander van tijdelijke samenwerkingsovereenkomsten. Zo ook van arbeidscontracten. Met de “nogo-tenzij”-variant. Niet omdat continuïteit niet de intentie is. Maar juist omdat continuïteit allesbehalve een inert systeem nodig heeft! Het spreekwoordelijke midden, het gemeenschappelijke, kent geen blijvend compromis tussen kool en geit. Periodiek scherp debat is gezond. Nadat we elkaar de maat hebben genomen, met eventueel een bijna-exit, is er gedurende lange periode geen gedoe maar gemeenschap.

Als je snel wilt gaan, ga alleen. Ga samen als je ver wilt komen*1). Het periodiek afwegen van die twee is het meest waardevol. Samenwerken voor bepaalde tijd bemoedigt de discussie over een bijna-exit. Dat is een gezonde houding voor de continuïteit van vrijwel alle gemeenschappelijke werkorganisaties.

*1) Afrikaans gezegde