‘Schoolplein’

Ik heb een middelbare scholier de hele dag met me meelopen. Intelligente, sociale, krachtige jongen, Jasper. Hij mag al mijn vergaderingen, workshops en overleggen bijwonen om met eigen ogen te zien wat een consultant doet en ervaart.

Aan het eind van de dag evalueren we wat we hebben meegemaakt. Inhoudelijke puzzels en berekeningen. Creatieve sessie over gedrag én inhoud. Een mini-mediation tussen twee gevorderde kemphanen. Bezettingsvragen. En een commercieel moment over onze toegevoegde waarde.

Zijn conclusie is vlijmscherp. “Eigenlijk ben je continu bezig met het elimineren van verschillen”, zegt hij bij de ‘Heineken-0.0 afsluitende borrel’, “met het bij elkaar brengen van ogenschijnlijke tegenstellingen, het slechten van drempels, het verbinden van mensen”. Hij heeft gelijk.

In alle organisaties zijn er vele verschillen van inzicht, mening, stijl en belang. Al die verschillen belemmeren strategie executie en zelfs going concern. Een luisterend oor, een spiegel, ordening van het vraagstuk, expertise, een motor en wat haarlemmerolie zijn nodig om het wél met elkaar eens te worden over het wat en het hoe van verbeteringen. Dan volgen resultaten als vanzelf.

Hij vervolgt zijn samenvatting met de constatering dat het “net zo is als op het schoolplein”. Ook daar zijn er vele verschillen in aard, opvatting, stijl, etc, hoewel de bedoeling eender is.

Dankbaar gebruik ik zijn metafoor door aan te geven dat misschien de hele wereld wel een schoolplein is. In ‘global politics’ met Trump, Xi, Poetin ea. In beursgenoteerde organisaties waar stakeholders hun belang heel verschillend nastreven. Of neem een willekeurig ziekenhuis waar medisch professionals en zorgbestuurders botsen zgn in hetzelfde belang van de patiënt. Maar ook bv hockeyverenigingen ‘kampen’ over de besteding van contributie en sponsorgelden.

Als je goed kijkt zie je de hoofdrollen van het schoolplein op heel veel plekken terug. Er zijn hoofden en afgeleide hoofden. Uitvoerders (docenten) en afnemers (leerlingen). Er is opsporing (wederom docenten), trekkers van technologische innovatie (vaak de docent ICT of wiskunde). En er is een rechter (schoolhoofd).

De populatie ‘afnemers’ kent voorname segmenten. Een grote groep goedwillenden, een kleine groep leerlingen speelt slachtoffertje. Er is een aantal bully’s die het leven van anderen verpesten. Een kleine groep droomt van een duurzame school zonder regels. En vergeet de cynici niet. Tot slot is er de groep met informele macht. Ze doen er formeel niet toe, maar bepalen ondertussen heel veel. Ik krijg gedurende de dag sterk de indruk dat mijn reisgenoot in deze categorie zit.

Kijk goed om je heen en je ziet deze (hoofd)rollen in elke gemeenschap. Jasper vertelt over hoe hij op zijn schoolplein leeft. Over de verhoudingen tussen medestudenten, onderwijsstaf etc. Ik ben vol bewondering voor z’n talenten en denk onwillekeurig terug aan mijn eigen ‘schoolplein’carrière, van een situatie vroeger waar ik heel erg op m’n hoede moest zijn tot wie ik nu ben.

Ik gun Jasper zeer zijn talent en zelfvertrouwen. Ik denk dat hij veel verder is dan ik op die leeftijd. Hij heeft mijn advies niet nodig.

Het is maar de vraag wie het meest van deze stagedag geleerd heeft… ?